U kunt vlechtheggen zien. Heggenvlechten is een eeuwenoud boerenambacht, bedoelt om heggen en houtwallen ondoordringbaar te maken. Ondoordringbaar voor wild en vee om te voorkomen dat ze de akkers niet kaal zouden vreten. Het werd ook, maar pas veel later, gedaan om koeien en schapen in de wei te houden. Bij het vlechten worden stammen en takken ingekapt (soms ook geleid, gebogen of geknikt) en daarna bijna horizontaal neergelegd en door elkaar gevlochten. Meestal deed men dit met doornstruiken. Zo ontstaat er een ondoordringbare barrière. Vrijwel overal in Europa werden vroeger heggen en houtwallen gevlochten. Heggen werden vroeger vaak van streek tot streek verschillend gevlochten. Logisch want vee, struiksoorten en gewassen zijn niet overal in Europa hetzelfde.